Het heffen en zakken van de laadvloer is alleen bedoeld voor speciale situaties. Enkele voorbeelden hiervan zijn:
- de doorgang onder een laag viaduct.
- het op- en afrijden van een veerpont.
- het laden van een specifieke lading.
In deze gevallen kan de rijhoogte worden verlaagd of verhoogd.
Waarschuwing! |
|
Waarschuwing! |
|
! |
Let op! Met de laadvloer in verlaagde positie is de maximum snelheid beperkt tot 10 km/uur. |
! |
Let op! Wanneer de laadvloer in verlaagde positie staat, is er geen ascompensatie en zijn geen verticale asbewegingen mogelijk. Het rijden in deze posities moet zoveel mogelijk worden vermeden! |
! |
Let op! Voor het wijzigen van de hoogte van de laadvloer moet worden gecontroleerd of er voldoende luchtdruk in het luchtreservoir aanwezig is. |
Opmerking! Om de laadvloer in een tussenpositie te stoppen, kan de hendel in stand 4 worden gedraaid, zie Figuur 7‑3. |